De kans is klein dat je je afvraagt uit welk land de trompettist komt. Of welke weg de altviolist heeft afgelegd om bij een hoogstaand orkest te mogen spelen. De voorstelling Solo, een project van Lân fan taal, Explore the North en het Noord Nederlands Orkest, gaat in op de mens die schuilgaat achter de muzikant. Afgelopen zaterdag heb ik de try-out gezien in het Grand Theatre.
Het publiek heeft geluk: maar liefst zeven muzikanten van het Noord Nederlands Orkest nemen beurtelings hun plek in op het podium. Het is bijzonder dat zij vanavond allemaal kunnen optreden; hun agenda's zijn drukbezet, want de muziekwereld vraagt om veel toewijding. Uiteraard zijn deze mensen niet voor niks bij het NNO terechtgekomen: zij beschikken over een groot muzikaal talent. Het draait vooral om de vraag: wie is eigenlijk de persoon achter dat talent?
Iedereen heeft een eigen geschiedenis, achtergrond, cultuur. Wat nemen de muzikanten mee naar Groningen en wat moeten zij achterlaten?Of je nu uit Duitsland of Japan komt: het blijft een behoorlijke stap om huis en haard te verlaten om in Nederland te spelen. Hoe is het om op reis te zijn? Hoe verbind je het dagelijkse leven met de wereld van de muziek? Hoe kom je eigenlijk in een orkest terecht? Is het een bewuste keuze om een bepaald instrument te spelen of meer een samenloop van omstandigheden? Allerlei vraagstukken die aanzetten tot nadenken.
Mooi zijn de teksten en de verschillende manieren waarop deze worden gebracht: als monoloog of als hoorspel, verstild of uitbundig, met grootse gebaren of juist klein. Stuk voor stuk weten de spelers het publiek mee te voeren met hun belevenissen. Hun verhalen zijn soms hilarisch, soms ontroerend, soms luchtig en soms filosofisch.
De instrumenten van de zeven musici zijn allemaal aanwezig, maar spelen een ondergeschikte rol. Een spannende keuze van de makers.De manier waarop de makers en de muzikanten dit proces zijn aangegaan, verdient bij voorbaat veel respect. In plaats van op de muziek te vertrouwen, moeten de spelers namelijk vooral zichzelf inzetten als instrument. Dat is een hele andere manier van optreden dan wat muzikanten gewend zijn om te doen binnen een orkest. Je kunt je niet verschuilen achter bladmuziek, een instrument, de mede-muzikanten of dirigent. Voor Solo is moed nodig en dat hebben alle deelnemers.
De voorstelling doet denken aan een opmerkelijke compositie: de gekozen vorm ondersteunt de inhoud. Als er wordt beweerd dat muziek niet alleen om de noten draait, kun je als toeschouwer niks anders doen dan meeknikken. Inderdaad: er is méér, zoveel meer te zien dan een muzikant met een instrument…