Wie is er niet opgegroeid met de verhalen van Roald Dahl? Als kind verslond ik deze boeken en uiteraard heb ik beide verfilmingen van het boek gezien.
In Martiniplaza Theater bezoek ik de musical Charlie and the Chocolate Factory. Deze voorstelling is geproduceerd door de Theateralliantie. Na het boek en de films ben ik erg benieuwd hoe het verhaal in een voorstelling is gegoten. Ik vraag mij af hoe het decor eruitziet en in welke vorm er 'Oempa Loempa’s' zijn. Voorafgaand aan de voorstelling interview ik Kevin Klein en Stijn Westenend over hun rol in deze musical.
Stijn heeft al eerder in een voorstelling over een verhaal van Roald Dahl gespeeld, namelijk De Reuzenperzik van Matzer theaterproducties. "Het fijne van de personages in de verhalen van Roald Dahl is dat de kleuren nooit waterverf zijn, maar olieverf. Het is heel duidelijk waar elk personage voor staat en de kleuren die je mee kunt geven, daar kun je jezelf helemaal in uitleven. Dat is spekkie voor mijn bekkie."
Kevin kent vooral de films van Roald Dahl, zoals De Reuzenperzik en Charlie and the Chocolate factory met Johnny Depp. "De personages zijn superduidelijk, het is fijn om als acteur dit materiaal te krijgen en gênant groot te spelen, maar wel niet onrealistisch. Kevin vindt het leuk dat hij de ruimte krijgt om het personage groot te maken "Ik geniet elke avond opnieuw om mijn personage neer te zetten."
Omdat Charlie and the Chocolate factory een internationale productie is en de Roald Dahl foundation alle ideeën wil beschermen, hebben de acteurs niet veel ruimte om artistieke vrijheid te nemen. Kevin vindt dat ze binnen de kaders toch mooie interpretaties aan personages en situaties hebben gegeven. "De beperkingen hebben juist creativiteit opgeleverd." Volgens Stijn zit er verschil in de andere internationale Charlie opvoeringen, zowel in de shows als het decor "Het is niet zoals bijvoorbeeld bij Aladdin dat echt alles exact hetzelfde moet zoals in Amerika."
Voor Kevin is dit zijn musicaldebuut. "Toen ik werd gevraagd of ik auditie voor deze rol wou doen, dacht ik: ik vind het verhaal wel echt te gek, Charlie and the Chocolate factory. Dus ik dacht: als ik ooit een musical doe, ook al is het maar één in mijn leven, dan is het Charlie."
Deze rol heeft Kevin veel gebracht.
Hij heeft geleerd om groter te spelen en is dat vervolgens gaan onderzoeken. "We zijn een soort familie eigenlijk, want we spelen heel veel dat is ook voor mij nieuw om 140 keer een voorstelling te spelen. Ik voel mij net een beetje Sjakie in de fabriek, die ook dingen voor het eerst meemaakt en ontdekt. Zo is deze reis voor mij in deze musical." Kevin denkt niet dat hij meteen volgend jaar weer in een musical staat. "Maar als er iets voorbij komt dat heel goed bij mij past, waarvan ik denk super leuk om te doen, dan zeg ik zeker geen nee."
Stijn vindt het zingen in de musical erg spannend en een enorme uitdaging. Omdat hij voornamelijk ervaring heeft met toneel en geen zanger is, had hij niet gedacht deze rol te krijgen. Vooral het liedje Als Veruca zegt is erg moeilijk. "Als ze me ooit nog durven vragen voor een musical zal ik het denk ik wel doen, maar niet de hoofdrol."
Stijn is enorm blij met zijn rol als Meneer Peper.
"Ik ken niemand die dit verhaal niet kent en niet leuk vindt. De verhalen van Roald Dahl spreken zo tot de verbeelding." Hij kent vooral de eerste film. "Gene Wilder vind ik sowieso een geweldig acteur." Volgens Stijn houdt Meneer Peper zo veel van zijn dochter Veruca, dat hij haar niet kan weerstaan. "Als zij iets wil, zal hij best proberen te zeggen: 'Jij hebt al tien pony's'. Dan is dat ook weer zo, hij laat haar meedelen in zijn eigen rijkdom. Dat hij daarmee zijn kind verpest; dat komt dan later wel, daar denkt hij nog maar even niet over na."
Kevin heeft voor zijn rol als Meneer Beauderest vooral gekeken naar ouders van beroemde popsterren zoals Britney en Beyonce. "Dat waren hele erge ouders die hun kind pushten om succesvol te worden, het beste te kunnen. Mijn kind Violet moet het beste kauwgum kunnen kauwen. Meneer Beauderest leeft zijn droom van roem via zijn dochter. Dus heb ik inspiratie gezocht in de ouders die er al zijn. Eigenlijk houden we een spiegel voor heel veel mensen en daardoor hebben we veel lol. Deze mensen bestaan ook echt, die zijn er gewoon. Dus zo absurd gek zijn onze personages ook niet." Stijn vindt dat zoals Kevin de rol speelt het eigenlijk in al zijn foutheid ook heel erg genuanceerd is. "Eerst denk je: het is een hele lieve man, hij doet alles voor zijn dochter en dan gaandeweg komt er ineens een draai en valt het scherm eigenlijk. Dan zie je van: 'oh, dit steekt er achter'. Dat vind ik persoonlijk een hele mooie laag van Beauderest."
Net als in de film spelen er diverse kinderen in deze musical.
Deze rollen worden afgewisseld door verschillende kindergroepen. Volgens Kevin zijn de kinderen het enige dat fluïde is. "Soms spelen we zes dagen per week, twee keer op een dag. Af en toe komen we wel in een soort ritme terecht. En doordat de kindergroepen wisselen komt er altijd een soort nieuwe energie in de voorstelling en elke kindergroep doet net iets anders waardoor de voorstelling net iets anders loopt en we net iets scherper moeten zijn omdat dat kind speelt of dat kind speelt. Eigenlijk vind ik het alleen maar leuk dat er wisselende kindergroepen zijn." Stijn merkt dat de kinderen zich uiteindelijk vrijer voelen naarmate ze de rol langer spelen en durven te experimenteren. "Dan wordt het heel leuk, want er gebeuren hele onverwachte dingen, waar je vaak wel op moet reageren tijdens een voorstelling. En zeker als je er twee op een dag speelt, is die middagvoorstelling weer heel anders dan die avondvoorstelling. Kinderen houden het heel fris en ze houden ons heel scherp.
Zoals in elke voorstelling zit er in Charlie and the Chocolate factory ook een boodschap. Voor Kevin is het belangrijk dat er een spiegel voorgehouden wordt zodat mensen geconfronteerd worden met hun eigen gebreken en dan zien dat ze deze projecteren op hun eigen kinderen. "De voorstelling is in essentie een ode aan verbeelding, eigenlijk is het een ontsnapping, de voorstelling is niet moralistisch. Ik ben ook geen fan van moralistische voorstellingen." Stijn denkt dat een boodschap in een voorstelling bijna altijd wel positief is. "Het legt iets bloot dat je nog niet wist of kaart iets aan. Dat zit er altijd wel in en bij ons ook. Wat niet veel mensen weten is dat er nog een extra hoofdstuk is bij Charlie, dit gaat over het einde wat er met de kinderen is gebeurd."
Ondertussen is het tijd geworden om de voorstelling te bezoeken.
Er valt meteen iets op. Het is een matinee uitvoering en het is druk. Ik kan mij niet meer herinneren wanneer ik voor het laatst een volle zaal en balkon gezien heb. Omdat het een familiemusical is, zijn er ook veel kinderen aanwezig. De voorstelling is eigenlijk zoals ik het verwacht had. Het decor bestaat in het begin uit voornamelijk een bed met een projectie van de fabriek in de verte. Later worden wij meegenomen door de 'fabriek', beginnende bij de poort. Daarna gaan we van ruimte naar ruimte via het verplaatsen van de personages. De Oempa Loempa’s zijn volledig gehuld in zwarte kleding met witte maskers en hebben op deze manier een fraaie invulling gekregen.
Het alom bekende verhaal wordt zoals 'het boek' ten tonele gebracht. Ik merk dat ik het eigenlijk wel leuk vind, na het boek en twee films nu ook een musical. Deze musical maakt het verhaal toch op een unieke manier levendig. Wat mij betreft mogen er nog wel meer Roald Dahl musicals komen, want eigenlijk zijn er naar mijn mening wel meer verhalen die daarom vragen.
Hoofdafbeelding: © Margot de Heide, scènefoto uit 'Charlie and the Chocolate Factory', de Theateralliantie