Het toneeldoek gaat open. We zien een rechthoekige kamer. Een soort gigantische schoenendoos. Met een lange zijde open naar het publiek toe. Met daarin een stel, verder niks. Meteen wordt duidelijk dat dit stel al vrij lang bij elkaar is. Misschien al te lang. Gekissebis wat overgaat in een tsunami van verwijten over en weer. Met de messen tussen de tanden komt het hoge woord er bij een van beide tenslotte uit: ze moeten maar uit elkaar. Het vuur is gedoofd, de roze wolken zijn betrokken, ze leven als broer en zus. Als broer en broer in dit geval want we kijken naar twee mannen…
Het is een vrijdagavond en Theater Oostpool speelt de award winnende voorstelling Cock van auteur Mike Bartlett in de Nederlandse vertaling van Han van Wieringen. Op West End in Londen was dit stuk een overdonderend succes. De regie komt van Char Li Chung. De Stadsschouwburg is zeer goed gevuld. Het publiek gemêleerd: van piep (een minimum leeftijd van 14 jaar wordt geadviseerd) tot stok, alles is vertegenwoordigd. Daar word ik altijd erg blij van.
Theater Oostpool bestond vorig jaar maar liefst zeventig jaar! In al die decennia zijn vanuit standplaats Arnhem successen gevierd en is er veel doorstaan en overwonnen. Naamswijzigingen, bezuinigingen, Aktie Tomaat in 1969, massaontslagen en wisselingen in artistieke en zakelijke leiding. In harmonie of met het mes tussen de tanden. Een theatergezelschap voelt ook vaak als familie of een huwelijk. Het is belangrijk steeds weer nieuw hout op het vuur te gooien.
Het huidige Oostpool wordt naar eigen zeggen gerund door een stel jonge honden vol energie, urgentie en hoop voor de toekomst.
"Het vernieuwde Oostpool wil het publiek meenemen in wat de wereld nu bezighoudt. De verhalen zijn jong en vurig, maar ook persoonlijk en grappig. Oostpool kiest nog nadrukkelijker voor een verscheidenheid aan achtergronden en culturen. Vanuit de stellige overtuiging dat theater voor iedereen is." (bron: website Theater Oostpool)
Terug naar de twee heren in de kale kamer. Kamers moet ik schrijven, want de gigantische schoenendoos draait als een carrousel en bestaat uit twee kale kamers. De kopse kanten bestaan uit spiegelwanden. De ene kerel is iets ouder dan de ander, niet veel maar toch. Is een succesvol makelaar en het riante appartement behoort duidelijk aan hem. Hij torst ook wat meer kilo’s met zich mee, niet veel maar toch. En hij verwijt zijn jongere vriend dat die werkelijk niets met zijn handen kan. Dat die twee tennisrackets zijn welke aan telescoophengels zwabberen. En dat terwijl werkelijk alle ledematen van juist die oudere van geen pauze weten. Hij lijkt wel een op hol geslagen trekpop. Of dat bekende-batterij-konijn. Maar allebei de heren zijn vergeten tijdig vers hout op het vuur te gooien…
De jongere heeft ook iets van een baan. Hij gaat in elk geval iedere ochtend het huis uit. Op weg naar werk ziet hij elke dag weer eenzelfde persoon. En die ziet hem. Ze beginnen elkaar te herkennen, te erkennen met een knikje, een knikje wordt een groet en dan komt het tot een gesprek. Het klikt en nog diezelfde middag wordt de prille interesse geconsumeerd.
De schoenendoos keert een spiegelwand naar het publiek toe.
Wij kijken naar onszelf en horen de neukpartij. Ik beleef een déja-vu: schuifelen ('slijpen' noemden wij dat) op een klassenavond in het dorpse jeugdhonk met visnetten aan het plafond, snoer met gekleurde peertjes en een spiegelwand op het nummer 'Je t'aime... moi non plus' door Serge Gainsbourg en Jane Birkin. Het enige wat geconsumeerd werd, waren goedkope cola en paprikawokkels. O ja: die nieuwe vlam is een vrouw!
Hoogste tijd voor een ontmoeting. De oudere duikt de keuken in, de dame arriveert. Maar het stuk heeft nóg een verrassing in petto: de oudere heeft zijn vader uitgenodigd. Anders wordt het zo één tegen twee. En dan, na vijf kwartier mag acteur Peter Blok zijn opwachting maken. Het is schattig hoe hij het huwelijk van zijn zoons probeert te redden. Deze situatie zou zomaar in een klucht kunnen ontaarden. Dat doet het niet. Er zijn ook geen deuren, geen dolkomische verkleedpartijen. Er zijn enkel deze vier acteurs die een indrukwekkende acteerprestatie neerzetten. Vooral het stel Daniel Cornelissen en Sander Plukaard zijn aan elkaar gewaagd en overweldigend goed. Joy Delima vertolkt de vrouw. Als een heuse vamp staat ze haar mannetje. Op enkele momenten versta ik haar helaas niet. De eerste paar rijen publiek gniffelt heel regelmatig maar vanaf rij drie blijven zaal en balkons erg stilletjes.
Knap is ook dat er in het gehele stuk geen enkel rekwisiet aan te pas komt.
Er wordt gedronken, een maaltijd gebruikt en meer maar er komt geen glas of bord of wat dan ook aan te pas. Een simpele opmerking als: "Wie nog een stukje rollade?" en je ziet als het ware het kwartet aan de maaltijd. Ja, het is dit viertal dat dit stuk overeind houdt en een bezoek waard. Want het stuk zelf lijkt een komedie die volledig en keurig volgens een boekje is geschreven waarin precies staat waar een komedie minstens aan moet voldoen. Als een Britse of Amerikaanse comedyserie maar dan zonder de ingeblikte lachsalvo's.
Terug naar het kwartet. Papa, de vamp en de oudere leggen op de patio de moeizaam watertrappelende knul het vuur aan de schenen. Hij moet maar kiezen. Kiezen voor haar of voor hem.
Maar de wanhopige kan niet kiezen: hij houdt van kaas én van jam.
Wie is hier nu uiteindelijk de lul? De vader sowieso die zijn missie als vredestichter en onderhandelaar helemaal ziet mislukken en door de dame ook nog eens voor ouwe, geile bok wordt uitgemaakt. Hij druipt af. Maar ook de jongedame die het grote avontuur in rook ziet opgaan. En de oudere die uitgeput alleen zijn bed opzoekt en alleen nog kan uitbrengen: "Als je straks naar bed komt, neem je dan de kussens mee naar binnen." Het huilen staat de jongere knul nader dan het lachen. Hij zal de fles wijn vast ledigen, uiteindelijk op de bank in slaap vallen en, natuurlijk, de kussens vergeten. Wat een uitstekende aanleiding is voor nieuw gekissebis. De start van weer een nieuwe uitvoering in weer een nieuw theater…
Makers
Tekst: Mike Bartlett |Vertaling: Han van Wieringen | Regie: Char Li Chung | Spel: Daniel Cornelissen, Joy Delima, Peter Blok en Sander Plukaard | Dramaturgie: Madelon Kooijman | Scenografie: Roos Veenkamp | Lichtontwerp: Yuri Schreuders | Geluidsontwerp: Jelle Hoekstra | Kostuumontwerp: MARTAN | Kostuumatelier: Femke van Neerven | Intimiteitscoördinator: Markoesa Hamer | Productieleiding: Vera Andeweg
Hoofdfoto: © Kurt van der Elst, voorstelling 'Cock', Theater Oostpool